Bel 033 4602302 of mail naar info@spigt.nl

Burgerlijk procesrecht

  1. Vonnis in incident. Partijen twisten over de vraag of het geschil op grond van hun overeenkomst of de bijlage bij deze overeenkomst door middel van arbitrage moet worden beslecht. De rechtbank beantwoordt deze vraag ontkennend. Wel verwijst de rechtbank de zaak naar de kantonrechter, omdat het gaat om een huurovereenkomst.
  2. Derde wenst tussen te komen in de procedure om verweer te voeren tegen de vordering jegens een van de gedaagden. Na overlijden van deze gedaagde wenst de derde de procedure te schorsen. Beide incidentele vorderingen worden afgewezen.
  3. Incident tot oproeping derde ex artikel 118 Rv
  4. Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht. Art. 125 Rv. Zaak bij verkeerde hof aangebracht. Doorzendplicht? Herstelexploot niet tijdig aangebracht. Tweede herstelexploot niet tijdig betekend. Aanhangigheid vervallen?
  5. Procesrecht. Verwikkelingen op de rol. Motivering beslissing dat door alle partijen arrest is gevraagd; geen kenbare beslissing genomen op verzoek om mondelinge behandeling.
  6. Incident tussenkomst en onbevoegdheid, de rechtbank verklaart zich op grond van artikel 1022 Rv onbevoegd ivm een overeengekomen arbitragebeding, uitleg beding, Artikel 217 Rv staat niet aan de toepasselijkheid van het arbitragebeding in de weg
  7. Wrakingsverzoek afgewezen.
  8. Caribische zaak. Verbintenissenrecht. Procesrecht. Geschil inzake uitkeringsprocedure na uitgesproken noodregeling en onderbewindstelling van bank (FCIB): door bank aan rekeninghouders in rekening gebrachte 'maintenance fee' en kostenvergoeding van 15% over banktegoeden; rentevergoeding door bank aan rekeninghouders over banktegoeden. Rechts- en motiveringsklachten.
  9. Verbintenissenrecht. Procesrecht. Aansprakelijkheid van koelwaterbehandelaar/opdrachtnemer voor schade door in koelwatersysteem van fabriek opgetreden corrosie? Klachten m.b.t. deskundigenbericht, bewijslastverdeling en bewijsaanbod.
  10. Bewind en mentorschap. Schending van het beginsel van hoor en wederhoor door twee belanghebbenden niet in de procedure te betrekken? Criterium bij het afwijken van de wettelijke voorkeursregeling (art. 1:435 lid 4 en art. 1:452 lid 4 BW).
  11. Burgerlijk procesrecht. Kortgedingprocedure. Vordering op grond van 843a Rv afgewezen wegens ontbreken spoedeisend belang. Geen rechtmatig belang bij het gevorderde.
  12. Zaak heeft mede betrekking op huur en wordt daarom verwezen naar afdeling kanton.
  13. De devolutieve werking van het hoger beroep brengt niet de verplichting voor het hof mee om, onafhankelijk van de inhoud van de grieven ambtshalve alle besproken en onbesproken stellingen van de appellant opnieuw te beoordelen.
  14. Incident ex art. 843a BW. Werknemer moet huisartsenjournaal vanaf twee jaar vóór bedrijfsongeval aan werkgever verstrekken, zodat werkgever haar verweer over causaal verband tussen klachten en ongeval kan onderbouwen.
  15. Vonnis in vrijwaringsincident. Verzoek tot oproeping in vrijwaring toegewezen.
  16. Wrakingsverzoek afgewezen.
  17. artikel 351 Rv
  18. Artikel 339 lid 2 Rv. Appeldagvaarding te laat uitgebracht. Niet-ontvankelijk.
  19. Artikel 337 Rv. Hoger beroep tegen tussenvonnis, appellante niet-ontvankelijk.
  20. Erfrecht. Art. 4:210 BW aanwijzing aan vereffenaars op verzoek van erfgenamen/belanghebbenden.
  21. Vonnis in incident over omvang processtuk wederpartij waarin de zin is opgenomen dat een bijgevoegd rapport met bijlagen als integraal herhaald en ingelast dient te gelden. Vordering afgewezen. stelling dat de conclusie in strijd is met de goede procesorde gaat niet op. Conclusie is voldoende duidelijk voor de wederpartij om daarop te kunnen reageren.
  22. KG executiegeschil. Geen grond voor schorsing. Belangenafweging.
  23. KG Vordering opheffing beslag afgewezen. Vordering niet summierlijk ondeugdelijk. Ook belangenafweging leidt niet tot opheffing.
  24. : lastgevingsovereenkomst tot koop en levering woning, aanvulling rechtsgronden, bewijswaardering
  25. Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht. Uitstelverzoek mondelinge behandeling ten onrechte afgewezen? Passeren bewijsaanbod; te strenge eisen aan stelplicht?
  26. Procesrecht. Afstamming. Is de vrouw belanghebbende bij verzoek tot vaststelling van vaderschap van haar overleden man (art. 798 lid 1 Rv, art. 1:207 BW?
  27. Procesrecht. Onderbewindstelling (art. 1:431 BW) van goederen procespartij tijdens procedure. Schorsing geding in cassatie op voet van art. 225 lid 1, aanhef en onder b, Rv. Herstelarrest: ECLI:NL:HR:2024:1431
  28. Procesrecht. Incident in cassatie. Onderbewindstelling tijdens lopende procedure. Schorsinggrond als bedoeld in art. 225 lid 1 onder b Rv? Procesbekwaamheid en gevolgen.
  29. Vordering in het incident tot afgifte van stukken (843a Rv) afgewezen omdat niet aannemelijk is gemaakt dat verweerder daadwerkelijk over de gevraagde stukken beschikt of kan beschikken. Eiser niet-ontvankelijk in zijn vordering in het incident tot gelasten van een voorlopig getuigenverhoor omdat daartoe een verzoekschrift moet worden ingediend.
  30. Wraking, kennelijk ongegrond.
  31. Opheffing beslag. Niet summierlijk gebleken van de ondeugdelijkheid van het door de beslaglegger ingeroepen recht.
  32. VDO afgewezen bij gebrek aan belang.
  33. Kort geding. Intrekking/opheffing Europees conservatoir bankbeslag. Artikel 33 lid 1 sub f EAPO-Vo.
  34. Voornemen zaak ambtshalve naar de kantonrechter te verwijzen. Verzet samenhang tussen samenwerkingsovereenkomsten en huurovereenkomsten zich tegen afzonderlijke behandeling? Uitlating partijen
  35. Toewijzen voorlopig getuigenverhoor, horen van medewerkers politie en OM.
  36. Verkoop in beslaggenomen aandelen, 474g Rv. Aanhouding verzoek in verband met hoger beroep.
  37. 210 Rv. Toewijzing incidentele vordering tot oproeping in vrijwaring. Rechtsverhouding voldoende gesteld. Het verzoek van gedaagde om in dit stadium de hoofdzaak en vrijwaringszaak op grond van artikel 215 Rv te splitsen, wordt afgewezen.
  38. Vonnis in incident vrijwaring, referte
  39. Verbintenissenrecht. Procesrecht. Cassatie na verwijzing (HR 8 juli 2022, ECLI:NL:HR:2022:1058). Mondelinge behandeling na verwijzing. Rechtsstrijd na verwijzing.
  40. Gedaagden hebben een aantal incidenten opgeworpen en een derde wenst tussen te komen. Gedaagden en de derde willen onder andere diverse buitenlandse partijen in de procedure oproepen (artikel 118 Rv). Met het oog op een goed verloop van de procedure verwijst de rechtbank de zaak naar de parkeerrol. Er wordt gewacht op de uitkomsten van een hoger beroep tegen een onbevoegdheidsvonnis in een ande...
  41. 351 Rv. Vordering in het incident tot schorsing van tenuitvoerlegging afgewezen. Bestreden vonnis berust niet op een kennelijke misslag. Afweging van de (financiële) belangen kan niet tot toewijzing van de vordering leiden.
  42. Verzoekschriftprocedure. Verzoeker is niet-ontvankelijk wegens niet-tijdige betaling van het griffierecht.
  43. incidentele vordering tot schorsing executie en zekerheidstelling
  44. geen grieven, appellante n-o, geen incidenteel appel
  45. Betwistingsprocedure ex artikel 477a lid 2 Rv. Geen inhoudelijk verweer gevoerd t.a.v. betwisting, vordering tot betaling hoofdsom wordt toegewezen. Vordering veroordeling werkelijke proceskosten vanwege afzeggen mondelinge behandeling afgewezen.
  46. Internationale arbitrage, vernietiging van een arbitraal vonnis.
  47. Wrakingsverzoek. Nevenfunctie van raadsheer lid bestuur stichting op gereformeerde grondslag, Subjectieve onpartijdigheid.
  48. Beroep op verschoningsrechten van artikel 165 lid 2 sub a en lid 3 Rv. Ontvankelijkheid hoger beroep tegen beslissing rechter-commissaris. Rechter-commissaris terecht beslist dat opgeroepen getuigen eerst moeten verschijnen, voordat wordt beslist op beroep op verschoningsrechten. HR 19 september 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF8273.
  49. Waardering bewijs met betrekking tot meerverbruik van werkgeheugencapaciteit en de daarvoor geldende prijs. Maatstaf. Zorgplichtschending door leverancier ICT-diensten?
  50. Wisselbeschikking. Werknemer vraagt schadevergoeding. Dat moet in een dagvaardingsprocedure.